Home

Zo is de Mens

Alan Watts

Deel 1

Transcript van www.youtube.com/watch?v=7G-WH-My640&feature=related e.v.

In mijn lezing van gisteravond  besprak ik de verscheidenheid van manieren waarop mensen hun eigen bestaan ervaren, en de manier waarop de wetenschap natuur en mens-zijn beschrijft. Ik heb dat uitgelegd aan de hand van subwetenschappen zoals ecologie en biologie. Ecologie bijvoorbeeld beschrijft en bestudeert de relatie tussen alle organismen en hun omgeving. De manier waarop zij het gedrag van mens, dier en insect beschrijven staat in schril contrast met de manier waarop de meesten van ons het denken, functioneren en bestaan ervaren. We zijn opgevoed om onszelf te ervaren als geïsoleerde centra van bewustzijn en actie, geplaatst in een wereld die wij zelf niet zijn; die uitheems, vreemd en anders is en die we het hoofd moeten bieden. Terwijl de manier waarop ecologisten het menselijk gedrag beschrijven feitelijk een handeling is en jij doet dus wat het gehele universum doet op de plek die jij het hier en nu noemt. Jij bent iets wat het hele universum doet op dezelfde manier als waarop een golf iets is dat de hele oceaan doet. Dit is echter niet een zogenaamd fatalistisch of deterministisch idee. Je zou een fatalist zijn als je denkt dat je een soort marionet bent die door het leven rond wordt gedreven. Dat je los van het leven bent, maar het leven je toch de wet voorschrijft (is dat nou satan?). Maar vanuit het standpunt dat ik weergeef is het ware zelf niet een marionet die door het leven rond wordt gedreven, het ware diepe verborgen zelf is het hele universum en het speelt jouw levend organisme en alles wat het doet. Het drukt het uit zoals een zanger een lied zingt. Het is ons met de paplepel ingegoten dat we het gevoel hebben ons alleen in onze huid te bevinden en ik heb gisteravond al laten zien dat dit een hallucinatie is. Het is net zo gestoord als een mafkees die denkt dat hij Napoleon, of een gepocheerd ei dat op zoek is naar een boterham. Het is precies hetzelfde, een hallucinatie. En ik heb laten zien dat we onszelf zo moeten ervaren dat we kunnen zeggen dat ons echte lichaam niet alleen is wat binnen je huid zit, maar onze hele buitenwereld. Want als we onszelf niet op die manier ervaren doen we onze omgeving geweld aan en proberen die hardhandig in bedwang te krijgen. En als we dat doen is dat rampzalig. We buiten de wereld waarin we leven uit, we behandelen haar niet met liefde, mildheid en respect. We kappen miljoenen hectares bos, om ze vervolgens nota bene in kranten te veranderen. Prachtige bomen vermaakt tot informatie over niets. En we vervangen ze niet zoals zou moeten. We sollen met de wereld als wraak voor het gevoel dat in feite wij de marionetten zijn waar de wereld mee solt. Dus mijn voornaamste punt van gisteravond was dat wij een nieuw soort bewustzijn nodig hebben waarin elk individu gaat beseffen dat zijn ware Zelf niet alleen zijn bewuste ego is. Laten we als voorbeeld de koplampen van een auto nemen. De koplampen schijnen op de weg die voor hen ligt. Ze schijnen echter niet op de draad die hen verbindt met hun eigen accu. Dus in zekere zin is de koplamp zich er niet bewust van hoe hij schijnt. Op dezelfde manier zijn wij ons niet bewust van de bron van ons eigen bewustzijn. We weten niet hoe we weten. Er was eens een jongeman die zei:"Alhoewel ik lijk te weten dat ik weet, zou ik wel eens het oog willen zien dat mij kent wanneer ik weet dat ik weet dat ik het weet." En zo zijn we onwetend, we negeren het, het valt buiten ons aandachtsveld hoe wij erin slagen bewust te zijn. Hoe komt het dat het ons lukt onze haren te laten groeien, onze botten te vormen, ons hart te laten kloppen en alle benodigde stoffen af te scheiden die onze klieren nodig hebben? We doen het maar we weten niet hoe we dat doen, want onder de oppervlakkige zelf zit een andere zelf. Er is een andere zelf, dat werkelijker "wij" is dan "ik." En wanneer je je bewust wordt van dat onbekende zelf, - als je je daar al bewust van wordt - des te meer realiseer je je dat het onlosmakelijk verbonden is met al het andere aanwezige. Dat je een functie bent van dit hele sterrenstelsel, begrensd door de Melkweg, en dat dit sterrenstelsel bovendien een functie is van alle andere sterrenstelsels. Jij bent zelf dat enorme ding dat je met een telescoop ver, ver, ver weg ziet en je kijkt en kijkt en kijkt en op een dag zul je zeggen "Wel allemachtig.... dat ben ik!" en in de wetenschap dat je weet dat je nooit zult sterven, dat jij het eeuwige bent dat komt en gaat, dat nu eens verschijnt als Jan Jansen, dan weer als Gerda Smit, en weer een andere keer als Bettie de Bruin, en zo gaat het door tot in de eeuwigheid.
Welnu, de reden dat ik dit punt aanhaal als inleiding voor wat ik vanavond ga zeggen is het probleem van de verhouding tussen mens en natuur. Je weet dat er in de geschiedenis van filosofie in feite drie theorieën bestaan over de natuur. Maar wat bedoel je eigenlijk wanneer je het woord "natuur" gebruikt? Wat is natuuronderzoek? Natuurlijke historie, het natuurhistorisch museum? Wat verwacht je daar te vinden? Voor veel mensen betekent natuur vogels, bijen en bloemen. Het betekent alles wat niet kunstmatig is. Mensen denken bijvoorbeeld dat een gebouw zoals dit niet natuurlijk; het is kunstmatig. De natuurlijke toestand van een menselijk wezen is naakt zijn, maar we dragen kleren en dat is kunstmatig. We bouwen huizen. Is er enig verschil tussen een mensenhuis en een wespennest of een vogelnest? Niet echt, maar in ons hoofd hebben we het idee dat de natuur op een of andere manier buiten ons is.

Deel 2

We geloven dat we wat natuur in ons hebben en zeggen dat er zoiets als de menselijke natuur bestaat en dat die grotendeels slecht lijkt. De menselijke natuur wordt volgens Dr. Freud gedreven door het libido, en je weet wat dat is en dat je het niet kunt vertrouwen. Vroeger bedwongen ze dat met de zweep, maar Dr. Freud zei: "Zo moet je het niet doen. Je moet het behandelen zoals een goede paardentrainer. Paardentrainers geven het paard zo nu en dan een suikerklontje en krijgen het op die manier onder controle. Wees er aardig voor, respecteer het, ook al is het heel, heel onfatsoenlijk." Welnu, zoals ik al zei bestaan er in de geschiedenis van de mensheid drie gangbare theorieën over de natuur. De eerste theorie is de westerse theorie, die beweert dat de natuur een machine is of een artefact. We hebben dat idee geërfd van de Hebreeërs die geloofden dat de natuur gemaakt was door God, ongeveer op dezelfde manier waarop een pottenbakker een pot uit klei maakt, of een timmerman van hout een tafel. Het is niet zomaar dat Jezus de zoon was van een timmerman, want traditioneel hebben wij de wereld altijd gezien als een constructie en alsof er iemand is die weet hoe het in elkaar is gezet. Iemand begrijpt hoe dat gedaan is en dat is de constructeur, de architect, God. Maar in de 18e eeuw vond er een verandering plaats van het westerse denken. Mensen gingen steeds meer betwijfelen of er wel een Schepper was, - of er eigenlijk wel een God was, - maar bleven de schepping zien als een artefact, als een machine. Rond de tijd van Newton verklaarden mensen de wereld in termen van een mechaniek en nog steeds worden wij beïnvloed door dat idee. Toch zal de schrijver in een artikel over menselijke fysiologie gebruik maken van tekeningen die de mens laten zien als een soort fabriek. Ze laten zien hoe door de peristaltiek het voedsel naar binnen wordt gewerkt en hoe het verwerkt wordt door het ene of andere orgaan, net alsof een fabriek met een bepaald product wordt gevoed, aan de ene kant gaat er een koe in en aan de andere kant komt het eruit als rundvlees. Op precies dezelfde manier wordt een mens verduidelijkt. En dat gebeurt ook in een soort nogal ontaarde geneeskunde die tegenwoordig uitgeoefend wordt. Wanneer je naar een ziekenhuis gaat voor een medisch onderzoek wordt je behandeld als een machine. Ze verwerken je. Je bent geen persoon. Je wordt meteen in een rolstoel gezet, zelfs als helemaal gezond bent en best zelf kunt lopen. Ze moeten je in die rolstoel krijgen. En dan moet je het hele procedé doorlopen. De hartspecialist kijkt alleen naar je hart, omdat hij niets begrijpt van al het andere. De KNO-arts, wat keel- neus- en oren-meneer betekent bekijkt alleen dat gedeelte van je, omdat hij van al het andere niets afweet. En misschien werpt een psychiater ook nog een blik op je en Joost mag weten wat daar dan gebeurt. Enzovoort enzovoort. Iedereen kijkt naar je vanuit zijn gespecialiseerde gezichtspunt alsof ze een stelletje monteurs zijn die je auto onderzoeken. We hebben, zoals ik gisteravond al aangaf, daar gewoon zelf om gevraagd, omdat de meesten van ons zichzelf zien als de chauffeur van zijn lichaam, dat we op eenzelfde manier bezitten als je een auto bezit. En als het fout gaat breng je het naar de monteur om het te laten repareren. Je identificeert jezelf niet echt met je lichaam net zoals je jezelf ook niet echt identificeert met je auto. Dat is dus de hele theorie, ontwikkeld in het Westen, over de natuur als een artefact, iets gemaakts.
Ik zal nu de tweede theorie over de natuur bespreken. Dat is een Oost-Indiase theorie. De natuur niet als artefact maar als schouwspel. Het fundament van het hele hindoeïstische denken is het idee dat de wereld maya is, een Sanskriet woord dat vele dingen betekent. Het betekent magie, illusie, kunst en toneelstuk. De wereld is een schouwtoneel en volgens het idee van de Hindoes is de ultieme realiteit van het universum het Zelf, dat zij Brahma of Atman noemen. Dat is wat er is. Het Zelf, - universeel, eeuwig, onbegrensd, onbeschrijfelijk - en alles wat gebeurt, gebeurt op [kosten van] het Zelf, zoals je zegt "Vanavond is het op mij[n kosten]," of zoals we zeggen wanneer we de radio horen "Het is op de radio". Alles wat je op de radio hoort, fluiten, trommels, stemmen van mensen of verkeersgeluiden zijn trillingen van het diafragma van de luidspreker. Maar dat vertelt de radio je niet. De omroeper komt niet op om elke morgen te zeggen "goedemorgen dames en heren, dit is de NOS. De volgende geluiden die u gaat horen zijn trillingen van het diafragma van uw luidspreker. Het zijn geen echte menselijke stemmen en muziekinstrumenten, maar gewoon trillingen". Dat vertellen ze je nooit. En op precies dezelfde manier laat het universum je niet weten dat in werkelijkheid alle zintuiglijke ervaringen trillingen van het Zelf zijn. Niet alleen van je eigen kleine zelf, maar van het Zelf. En allemaal samen delen wij dat Zelf, omdat het zich voordoet alsof het wij allemaal is. Op die manier speelt Brahma, het ultieme principe, eeuwig verstoppertje, en doet dat in onuitsprekelijk lange tijspannen. De Hindoes meten tijd in een zogenaamde kalpa, dat is 4.320.000 jaar. Misschien moet dit getal niet letterlijk worden genomen, maar al een onzegbaar lange tijd doet het Brahma, het Zelf, alsof het verdwaald is, en alsof het ons is. Het raak verwikkeld in al onze avonturen, al onze zorgen, angsten en tragedies. Dan, na een periode van 4.320.000 jaar, vindt er een catastrofe plaats. Het universum wordt vernietigd door vuur en daarna ontwaakt het Brahma en zegt: Goeie genade, wat een avontuur!" Het veegt het zweet van zijn voorhoofd en zegt: "Poeh, laten we even uitrusten". En dan rust het goddelijke Zelf nog eens 4.320.000 jaar uit en weet wie Het is. "Ik ben het". Dan zegt het "Nou dit is nogal saai, laten we weer gaan, laten we de boel weer door elkaar gooien". En dat doet het op een erg vreemde manier, want de Hindoes berekenen het als volgt: de eerste periode van het verwikkeld raken of verdwalen is prachtig. Dat is de langste periode, waarin alles klopt. Het leven is gewoon prachtig. Dan komt volgende periode waarin dingen ietwat wankel worden. Er is iets op een vage manier niet in orde, maar dat duurt niet zo lang. Dan komt de volgende periode, de derde, waarin goed en kwaad goed in evenwicht zijn. En die is nog korter. Uiteindelijk komt de kortste periode waarin al het kwade overwint en het universum ontploft, waarna we weer helemaal opnieuw beginnen. Er wordt verondersteld dat wij nu in die periode leven. Het wordt de Kali Yuga genoemd, het Tijdperk der Duisternis, en het begon op vrijdag 23 Februari, 3123 v.Chr. en duurt nog 5000 jaar.

Deel 3

Maar naarmate het verder gaat, gaat de tijd sneller dus maak je geen zorgen. Dit is dan de theorie over de natuur als drama, een schouwspel. Er is dus nog een derde theorie over de natuur, een Chinese, die heel interessant is.  Het Chinese woord voor natuur is tzu-jan en die uitdrukking betekent "wat vanzelf zo is", of wat vanzelf gebeurt. We zouden het "spontaniteit" kunnen noemen. Het betekent vrijwel "automatisch," omdat automatisch iets is dat zelfbewegend is. Wij associëren het woord "automatisch" met mechaniek, maar tzu-jan, wat van zichzelf zo is, wordt in de Chinese geest niet met mechaniek geassocieerd, maar met biologie. Je haar groeit vanzelf, je hoeft niet te bedenken hoe je het moet laten groeien. Je hart klopt vanzelf, je hoeft er niets voor te doen. Dat is wat de Chinezen bedoelen met natuur. Er is een gedicht dat zegt "Stil zitten, niets doen, de lente komt en het gras groeit vanzelf". Het belangrijkste principe van de natuur wordt de Tao genoemd, uitgesproken als Dao in het Mandarijns dialect, Tou in het dialect van Sjanghai, Toe in het Kantonees dialect, dus kies maar. Tao betekent de weg van de natuur. Lao Tse, een filosoof die wat later dan 400 jaar v.Chr. leefde schreef een boek over de Tao. Hij zei "De Tao waarover gesproken kan worden is niet de eeuwige Tao." Je kunt het dus niet beschrijven". Hij zei dat het principe van de Tao spontaniteit is en dat de grote Tao overal vloeit, zowel naar links als naar rechts. Het heeft lief en voedt alle dingen, maar heerst er niet over. Het verwerft verdienste en rekent die niet als eigen. Er is dus een erg groot verschil tussen het Chinese idee van Tao, als het vormgevende principe van de Natuur, en het Judeo-Christelijk idee van God als de Heer en Meester van de natuur, omdat de Tao zich niet als baas gedraagt. In de Chinese filosofie van de natuur heeft de natuur geen baas. Er is geen principe dat dingen dwingt zich te gedragen zoals ze doen. Het is dus een compleet democratische theorie van de natuur. Overeenkomstig zie je dat de meeste westerlingen, of ze nu christen of niet-christen zijn, de natuur niet vertrouwen. Van alle dingen is de natuur het minst te vertrouwen. Je moet haar beheersen, je moet er voor oppassen en het gaat altijd fout als je niet uitkijkt. Je weet dat de aardmannetjes je zullen pakken als je niet oplet. Dus we hebben altijd het gevoel dat we haar niet kunnen vertrouwen omdat we doordrongen zijn met het idee van de erfzonde. Je kunt de natuur niet vertrouwen, want zij komt tevoorschijn met onkruid en insecten en vooral de menselijke natuur kun je niet vertrouwen, want als je jezelf niet in bedwang houdt zou je je grootmoeder nog kunnen verkrachten. De Chinezen zouden dus zeggen, "als je jezelf niet vertrouwt dan kun je niets vertrouwen, want als je jezelf niet kunt vertrouwen kun je dan je wantrouwen in jezelf vertrouwen? Is dat goed gefundeerd? Als je jezelf niet kunt vertrouwen ben je helemaal in de war. Je hebt geen poot om op te staan, je hebt geen schijn van controle over wat dan ook. Wat dat betreft zijn de Taoïstische en de Confuciaanse filosofie het met elkaar eens. In de filosofie van Confucius wordt de wezenlijke deugd van een mens Jen genoemd. Chinese geleerden weten best waarom het geschreven wordt als Jen, ik niet, maar het wordt uitsproken als Zwjen. Het is een Chinees karakter dat voor Confucius de allerhoogste deugd was. Hoger dan gerechtigheid, hoger dan goedhartigheid, en het betekent ongeveer oprechte hartelijkheid . Confucius zei ooit dat schijnheiligheid de dief van de deugden is. Deugd is in het Chinees Teh. We hebben er in westerse schrift Peh van gemaakt en het betekent niet deugd in de zin van moreel fatsoen, maar deugd in de zin van magie, zoals de helende deugden van een plant. Een man van de ware deugd is daarom een oprecht hartelijke man en dat betekent dat men boven alles de menselijke natuur zou moeten vertrouwen in het volledige besef dat die zowel goed als slecht is, zowel liefhebbend als zelfzuchtig. Welnu, ik zal je laten zien hoeveel wijsheid hierin schuilt. Wanneer mensen oorlog voeren vertrouw ik ze, als de reden dat ze oorlog voeren het in bezit nemen van elkanders bezittingen en vrouwen is, want ze voeren dan een barmhartige oorlog. Ze zullen de bezittingen en vrouwen, waar ze zich meester van willen maken, niet vernielen, ze willen ervan genieten. En dat is een oorlog gebaseerd op simpele, alledaagse menselijke hebzucht. De meest afgrijselijke oorlogen zijn oorlogen die gevoerd worden vanuit morele principes. "Jij bent een vuile communist, je hebt een filosofie die vernietigend is voor de religie en alles wat we liefhebben, belangrijk vinden en eerbiedigen en daarom zullen we je tot de laatste man uitroeien tenzij je je onvoorwaardelijk overgeeft." Zulke oorlogen zijn ongelofelijk meedogenloos. We kunnen hele steden opblazen, mensen uitroeien, niet omdat we hebzuchtig zijn, maar rechtvaardig. Daarom is schijnheiligheid de dief van de deugd. Als je iets kwaads van zin bent, doe het dan vanwege een eenvoudige, oprechte en egoïstische reden, doe het niet in de naam van God. Want als je dat wel doet verandert het je in een monster dat niet langer menselijk is. Een sadist, een pure vernietiger. Dus een onwrikbaar rechtvaardig iemand is niet menselijk en daarom is in het Chinese gedachtegoed over rechtvaardigheid een goede rechter niet iemand die zich bij een boek neerlegt. Hun idee over rechtvaardigheid is "Hou de zaak in godsnaam buiten het gerechtshof. Laten we bijeenkomen achter de schermen en een compromis sluiten, want we weten dat onze tegenstander een schurk is en ik weet dat ik dat zelf ook ben, en er kan geen wederzijds akkoord gesloten worden tussen dieven." Dus we redetwisten er wat over en roepen de rechter erbij in een onofficiële samenkomst. En de rechter bromt wat en als het een goede rechter is heeft hij een gevoel voor wat wordt genoemd.

Deel 4

Ik ga het hebben over een andere betekenis van het woord dat uitsproken wordt als lǐ, een tamelijk moeilijk woord. betekent rechtvaardigheid, maar je kunt het niet opschrijven. Er is ook een ander woord voor rechtvaardigheid, of wet, in het Chinees: zhì. En in de vorm van zijn Chinese karakter stelt dit woord pot voor kookoffers voor, samen met een mes. In de lang geleden tijden van de Chinese geschiedenis was er een keizer die met een mes de staatswetten op de pot graveerde, zodat alle mensen, als ze hun vleesoffers in de pot deden, ze konden lezen en konden begrijpen wat ze betekenden. Maar de wijzen die de keizer adviseerde zeiden dat het iets heel slechts was, omdat op het moment dat mensen zien dat de wet opgeschreven is, ze een geletterde geest ontwikkelen, wat betekent dat ze manieren verzinnen om ze te omzeilen en dat is wat wij nog steeds doorlopend doen. Op het moment dat het congres een wet uitvaardigt, vooral als het gaat om een belastingwet, komen alle advocaten bij elkaar en zien dat die wet vol mazen zit. Ze zeggen dan "Het beschrijft niet dit, het zegt daar niets over". En een aantal van die Confucianisten wilde de taal ordenen en alle woorden definiëren. Maar de Taoïsten lachten hen uit en zeiden "Als je de woorden definieert, met welke woorden ga je de woorden definiëren die de woorden definiëren?". Dus zeiden ze dat de keizer de wetten niet op had moeten schrijven, omdat een gevoel van rechtvaardigheid niet iets is dat je in woorden uit kunt drukken. Het is wat onze advocaten "billijkheid" noemen en als je met een willekeurige advocaat praat en je met hem verschillende rechters uit de stad bespreekt zou hij zeggen "Nou, rechter Jansen is een vurig voorstander van de letter van de wet, maar anderzijds heeft rechter Jansen wel een gevoel billijkheid. Hij weet wanneer de letter van de wet gewoon niet van toepassing is op een bepaalde zaak. Hij heeft een aangeboren gevoel voor eerlijk spel en daarom is die man als rechter te vertrouwen.". Dit is dus wat de Chinezen bedoelen met een rechter die gevoel heeft voor li, ware rechtvaardigheid. Het kan niet worden opgetekend, het kan niet worden uitgelegd, want elke zaak staat op zichzelf. Maar wat zo'n man in wezen in zijn hart heeft is dat hij zowel het goede als kwade van de menselijke natuur vertrouwt. Mensen zijn ingewikkeld, we kennen onszelf helemaal niet. Neem je zenuwstelsel. Neurologen zijn nog niet eens begonnen het uit te zoeken en toch zijn al onze bewuste beslissingen op dit ding gebaseerd dat we niet eens begrijpen. Van nature ben je ongelofelijk veel wijzer dan je ooit in je bewuste gedachten zult zijn, want achter je bewuste gedachten ligt je zenuwstelsel. En dan zeg je "Nou ja, mijn zenuwstelsel is nu eenmaal onbetrouwbaar. Het zijn gewoon een stel rare biologische toevalligheden die op een of andere manier in de war zijn geraakt." Dan is die mening die je uitdrukt nou net een functie van dat zenuwstelsel. Dus je zegt dat je jezelf volledig voor de gek houdt. Je kunt jezelf helemaal niet vertrouwen. Dit is dus een stel spelregels dat nergens toe leidt. Je zit je daarmee volledig zelf in de weg. Zoals je ziet hebben de Chinezen daarover een theorie ontwikkeld - Ik zei al dat er drie theorieën waren: De westerse mechanische theorie, de natuur als een artefact, de hindoeïstische toneelspel-theorie en de Chinese organische theorie - waarin natuur, waaronder de menselijke natuur, een organisme is. En een organisme is een systeem van geordende anarchie. Er is geen sprake van een baas, maar het gaat zijn gang door met rust gelaten te worden en door de dingen die het doet mogelijk te maken. Dat is wat de Chinese taoïstische filosofie Wu Wei noemt, wat niet betekent niets doen, maar het niet ingrijpen in de loop der dingen, niet tegen de stroom in bewegen. Nu is het tijd om het tweede Chinese woord li te introduceren. Het eerste woord betekent rechtvaardigheid, het tweede woord li is een karakter waarvan de oorspronkelijke betekenis is: de markeringen in jade, de patronen in hout en het weefsel in spieren. Het wordt normaal gesproken vertaald als het principe der dingen. Dit zijn niet echt juiste vertalingen. De beste vertaling van li is organische kracht. Kijk, als je naar wolken kijkt zie je dat ze niet symmetrisch zijn, ze vormen geen paren, ze komen niet voorbij als kubussen, maar je ziet meteen dat het geen zootje is. Een vieze oude asbak vol troep is een rotzooi, maar zo zien wolken er niet uit. Als je naar de patronen van het schuim op water kijkt, zie je dat ze nooit een artistieke fout maken, het is geen rotzooi. Ze zijn bewegelijk, maar op een ordelijke manier en voor ons is het moeilijk om dat soort orde te beschrijven. Kijk nu eens naar jezelf, je bent helemaal instabiel. We denken dat we vrij gewoon zijn omdat veel van ons er ongeveer hetzelfde uitzien. We zien een mens en denken "Nou, dat is redelijk in orde, regelmatig en dat klopt wel". We realiseren alleen niet hoe instabiel we zijn, we zijn net wolken, rotsen en sterren. Bekijk eens de manier waarop de sterren gerangschikt staan. Heb je kritiek op de manier waarop ze gerangschikt staan? Zou je willen dat ze paren vormen? Zou je willen dat ze als speldenknopjes aan de hemel staan? In de 18e eeuw, in de tijd dat ze geordende tuinen aanlegden met gesnoeide heggen en waarin alle tulpen als soldaten in het gelid stonden, was er iemand die daar kritiek op had omdat ze zo gelijkmatig gerangschikt stonden. Maar vandaag de dag hebben we dat gevoel niet meer. We houden van de manier waarop de sterren zijn verspreid en nooit een fout in hun rangschikking maken. En bergketens? Heb je er kritiek op dat de dalen laag en de toppen hoog zijn? Je zegt gewoon dat het goed is zoals het is. Aan die vorm van ordening betoont een artiest eer door een schilderij van een landschap te maken. In elk nationaal park zijn zogenaamde inspiratiepunten en nu gaat mensen daar naartoe en zeggen "Oh het is net een plaatje". En 400 jaar geleden zag niemand dat. De kunstenaar was nodig om eerst het landschap te schilderen en toen besefte mensen pas hoe mooi het was. Nu schilderen kunstenaars afbeeldingen van muren en vloeren waar veel verf op is verspreid en dat soort dingen en dan zeggen ze "Mijn hemel het lijkt net een Jackson Pollock. Het is net een plaatje." Begrijp je het nu? De artiest is altijd nodig om ons te laten zien wat we kunnen zien.

Naar boven